Dieren

Namen op de kaart van Schijndel: de Rooise – en de Molenheide, vertellen ons dat er lang geleden heidevelden rond het dorp moeten zijn geweest. Om de schrale zandgrond te verbeteren hielden de boeren schapen. Door het gebruik van kunstmest werden de schapen echter overbodig en verdwenen er veel kuddes. Zo ook in Schijndel.

In 1990 kwam er dankzij herder Cor Siegenthaler, een nieuwe Schijndels kudde van Zwartbles schapen. De kudde werd ingezet om de natuurgebieden van Staatsbosbeheer en de bermen van de gemeente Schijndel te gaan begrazen. Onze kudde bestaat nu vooral uit Kempische heideschapen en wordt nog steeds gebruikt voor natuurbeheer in het Wijboschbroek en de Smaldonk.

Bij de Schaapskooi zie je vooral oude inheems rassen. Naast schapen hebben we ook een aantal runderen en kippen. Sinds 2013 is de Schaapskooi een erkend educatief centrum van de landelijke Stichting Zeldzame Huisdierrassen.

Het Drents Heideschaap

Is een klein schaap van 60 cm. en het enige Nederlandse schaap met horentjes. Het is het oudste ras in West Europa en heeft heel weinig zorg nodig. De rammen hebben indrukwekkende spiraalvormige horens, de ooien geen of kleine rechte horentjes.

Het Kempisch Heideschaap

Dit middelgrote schaap was bijna uitgestorven . Maar dankzij het fokprogramma van de kudde op de Strabrechtse hei, bestaat dit Brabantse schaap nog steeds. Het dier staat hoog op de poten en heeft een lange rug. Het zijn uitstekende grazers en naast leveranciers van fijne witte wol, zijn het ook echte vlees-schapen.

Schaapskooi Schijndel - Veluws Heideschaap

Het Veluws Heideschaap

Lijkt erg veel op het Kempische heideschaap. Het is fors gebouwd en heeft een witte gebogen kop. De vacht is wit en draderig. Vergeleken met de andere rassen hecht dit rustige schaap zich heel snel aan mensen.

De Schoonebeeker

Dit schaap valt binnen de kudde meteen op. Het is het grootste heideschaap. Het komt in alle kleuren voor en heeft een gebogen neus. De lange staart heeft op het einde een typisch knikje.

De Lakenvelder

Is een fijn gebouwd rund. Het heeft een wit “laken” tussen de schouders en de heupen over een rode of zwarte vacht. Het rund is een stuk kleiner dan de koeien die we normaal in de wei zien staan.

De Schijndelaar

Dit is onze Schijndelaar, een ras waar we bijzonder trots op zijn. Deze legkip is ontstaan na een jarenlang fokprogramma van dierenarts Ruud Kaasenbrood. Het is een sierlijke hoen geworden met een lange staart die groene eieren legt. De Schijndelaar durft zelf ook kleur te bekennen: de kippen en hanen zijn er in het zwart, wit, koekoek, blauw en zelfs chocolade kleur.

De Brabanter

De Brabanter is een heel oud ras . Al in de 17 e eeuw liep de vogel rond in de kippenhokken van de rijke burgers. Ze hebben een platte kuif en in plaats van lellen , een baard. Dit zijn de bundels veren onder de snavel. De Brabanter kent er 3. De kam is tweehoornig en ze hebben speciale neusdoppen.

De Chaamse hoen

Werd eeuwenlang ten zuiden van Breda op veel boerenerven gehouden. “Eierschijters” werden ze genoemd vanwege de grote hoeveelheid grote, witte eieren die de kip legt.

De kraaikop

De reus onder de oud nederlandse hoenderrassen. Al in 1600 kwamen hoenen voor die op deze kraaikoppen lijken. Het ras heeft geen kam. Op de poten, maar ook op zijn dijen, groeien veren. De kraaikop komt voor in 5 kleuren; zwart, wit, koekoek, blauw gezoomd en zwartbont.

De Brabantse boerenhoen

Dit ras herken je door het klein kuifje en de opvallende kam. De hennen leggen goed en de eieren zijn flink van formaat. Deze hoenderen scharrelden vroeger op bijna alle erven van Noord- en Zuid Brabantse boerenfamilies.

De bijen

Bijen zijn onmisbaar. Ze zorgen voor de bestuiving van 75% van onze land- en tuinbouwgewassen en dus voor ons voedsel. Maar bijen zijn ook een bedreigde diersoort: ziektes, landbouwgif en eenzijdig voeding maken dat er steeds minder bijen zijn. Een alternatief voor deze bestuivers is er niet… Op de Schaapskooi staan een aantal bijenkassen achter de Hop-Est in een prachtige wilde bloementuin rondom een vijver.

Deze oase is speciaal aangelegd voor de bijen zodat ze bij ons altijd voldoende voedsel en water kunnen vinden. Achter in deze wilde tuin, staat een bankje en een bijenboom ter nagedachtenis aan alle vrijwilligers waar we afscheid van hebben moeten nemen.

Onze imkers vertellen u graag meer over het bijzondere leven van een bijenvolk, het houden van bijen en het verwerken van producten. Regelmatig zijn er workshops. Er wordt voorlichting gegeven en er worden bijenhotels gebouwd.